TECHNIEK Theelichtje in porselein

Maak van je model een patroon zodat je weet hoe groot je porseleinen lappen moeten zijn.
Het patroon bestaat uit een bodem (cirkel) en de wand (rechthoek).
De cirkel is de omtrek van je buisje, teken deze rondom het buisje af op papier.

De lengte van de rechthoek is de omtrek van je buisje + 1 cm overlapping en de breedte van de rechthoek is de hoogte van je theelichtje. Je kan dit afpassen met een stuk papier.

Knip het patroon uit.

Snij een boterham porselein af, voldoende om zowel de bodem (4 mm dik) als de wand (2 mm dik) uit te rollen.
Keer het porselein verschillende keren om in je handen om de vochtigheid er een beetje uit te halen. Zo voorkom je het vastkleven van het porselein aan je kleirol en werkplank.

Start met rollen tussen latjes van 4 mm dik.

Snij langs de zijkant van deze lap de bodem uit, gebruik hiervoor de cirkel van je patroon.

Rol het resterende deel van de lap verder uit tussen latjes van 2 mm dik.
Geleidelijk aan uitrollen en meermaals in alle richtingen omdraaien zorgt voor een gelijkmatigere krimp en minder vervorming bij het bakken.

Voordat je gaat snijden kan je nog texturen inrollen. Grassen, rijst, quinoa, pasta(letters), kant, ... Door texturen in te rollen krijg je reliëf, het porselein wordt nog dunner op sommige plaatsen en geeft mooie effecten wanneer er lichte achter brandt.

Laat in dat geval altijd de diktelatjes van 2 mm liggen, zodat de plaatsen waar geen reliëf komt niet te dun worden.

Gebruik nu de rechthoek van je patroon om de wand uit te snijden.
Dit doe je best wanneer het porselein ietsjes is opgesteven, dat geeft een mooiere snijlijn, anders kleeft het porselein vaak nog hard aan je mes en geeft vervormingen.

Kleef een papier over het buisje dat als model dient, op een manier dat het papiertje niet vastkleeft aan het buisje. Span het papier niet te hard aan, het moet m.a.w. nog kunnen schuiven over het buisje.
Je kan best ook je porselein even voorzichtig passen om te kijken of alle maten kloppen voordat je echt gaat inkrassen en verbinden.

Met een tandjeslomer of een kleikrabber kras je het bodemplaatje rondom in langs de zijkant (de kopse kant).

Kras op de lap een rand van 1 cm breed langs één korte zijde van het vlak.
Let op: heb je met textuur gewerkt en wil je deze langs de buitenkant van je theelicht, dan start je met de textuur zichtbaar.

Draai de lap om (voorkant wordt achterkant). Nu ligt de binnenkant van het theelicht naar boven, en de textuur ligt nu onderaan.
Kras opnieuw een rand van 1 cm breed aan de andere korte zijde.
Kras een rand 4 mm aan de lange zijde onderaan, daar komt de bodem.

Bevochtig alle ingekraste delen met een penseel.

Leg het buisje plat, in het midden van de lange lap en net boven de kraslijn van 4 mm langs de onderkant.

Plaats het lapje voor de bodem haaks op de lange lap en laat rusten tegen de onderkant van het buisje.

Plooi nu de lange lap rond het buisje en rond het bodemplaatje. Kijk even goed na welk deel je eerst vouwt, zodat de ingekraste delen elkaar overlappen en ze een goede verbinding maken. Druk de overlapping zachtjes maar goed aan.

Zet het geheel rechtop met de bodem naar boven, zo kan je de onderkant nog verder afwerken. Dit kan met je vingers of met een zachte lomer.

Leg eventueel plasticfolie over het porselein zodat je vingers makkelijker glijden

Zet het geheel nu op de bodem en laat kort rusten en haal het buisje eruit.
Wacht hier niet te lang mee, want door de droogkrimp kan het vast komen te zitten. Laat het papiertje nog even zitten voor de stevigheid tot het theelicht lederhard is.